Vlissingen: armoede eerder en gerichter aanpakken en meer minimumhuishoudens krijgen toegang tot regelingen

Het nieuwe Vlissingse armoedebeleid wordt deze week in de commissievergadering behandeld. Huishoudens met een inkomen tot maximaal 120 procent van het bestaansminimum komen komend jaar in aanmerking voor tegemoetkomingen op gebied van onder meer zorg, cultuur, sport en openbaar vervoer, maar ook betere schuldhulpverlening.

Meer dan voorheen komt de nadruk te liggen op bestaanszekerheid, zegt verantwoordelijk wethouder Jeroen Portier (GroenLinks). Bestaanszekerheid gaat niet alleen over geld, maar ook over bijvoorbeeld g zorgen over een dak boven je hoofd, je zorgverzekering en energierekening. Pas dan komt er ruimte vrij in je hoofd om mee te kunnen doen met de maatschappij of onderwijs te volgen, stelt de wethouder. Om de mensen om wie het gaat te bereiken, gaat de gemeente intensiever samenwerken met onder andere Buurtteams, Orionis, woningstichting L’escaut en het onderwijs.

Sociaal domein

Portier heeft zelf tientallen jaren gewerkt in het sociaal domein en weet uit ervaring hoe moeilijk het kan zijn om deze groep mensen te bereiken. Vaak zijn huishoudens met schulden niet bekend bij gemeenten en hulpverlening. Daar komt bij dat het gemiddeld twee tot wel vijf jaar duurt voordat mensen met problematische schulden hulp zoeken. Bedoeling is dus dat de gemeente en andere partijen eerder en actiever gaan handelen. Daarbij focust de gemeente met name op het centrum en Middengebied van Vlissingen.

Bestaansminimum

Eerder dit jaar gaf de gemeenteraad van Vlissingen het college van B en W de opdracht het bestaansminimum voor huishoudens te verhogen van 110 tot 120 procent, net als de andere Walcherse gemeenten. Het college beriep zich aanvankelijk op de Artikel 12-status, maar de gemeenteraad was duidelijk: het bestaansminimum in Vlissingen moest omhoog. De gemeente kent een grote groep huishoudens met een minimuminkomen. Van de 23.181 huishoudens in Vlissingen zit tien procent op of onder het bestaansminimum. Met het nieuwe beleid verwacht de gemeente nog zo’n 600 huishoudens extra te bereiken.

Serieus geluisterd

Er is serieus geluisterd naar de gemeenteraad, de cliëntenraad van de gemeente en geluiden vanuit de samenleving, zegt Portier. Het college ging ook te rade bij andere gemeenten met een vergelijkbare armoedeproblematiek, waaronder Den Helder, Roosendaal en Heerlen. Verder wil Vlissingen zijn armoedebeleid harmoniseren met de gemeenten Veere en Middelburg, waar het bestaanminimum al langer op 120 procent is gesteld.

Bekendheid

Concreet komen huishoudens die binnen de doelgroep vallen in aanmerking voor bijzondere bijstand, een individuele inkomenstoeslag, kwijtschelding van gemeentelijke belastingen, het Jeugdfonds Sport en Cultuur, het Fonds Cultuur en Onderwijs, een voordelige collectieve zorgverzekering en mogelijk ook voordelig openbaar vervoer in de daluren, zoals dat ook al in Middelburg bestaat.

Er wordt ook gewerkt aan meer bekendheid van het armoedebeleid en een eenloketsysteem. Verder komt er aandacht voor laaggeletterdheid en financiële opvoeding van kinderen.