Van verrotte conservenblikjes tot een laars met misschien een voet: opgegraven bunker Vlissingen is tijdcapsule

Een krat met conservenblikjes, een fles melk een kachel en… een laars die een zware tussendeur tegenhoudt. Het is een greep uit de gevonden voorwerpen uit de tweede opgegraven bunker aan de Prins Hendrikweg in Vlissingen. “Dit noemen wij wel heel bijzonder”, zegt Bernard Meijlink van de Walcherse Archeologische Dienst.

Meijlink had een lage verwachting van wat hij in de bunker zou vinden. “De meeste bunkers hier in de omtrek zijn helemaal gestript na de Tweede Wereldoorlog.” Maar toen hij de bunker in ging, bleek dat er veel meer te vinden was dan hij aanvankelijk had gedacht. “Het was de ene verrassing na de andere. Het is eigenlijk een soort Pompeï. Ze hebben alles laten liggen en laten staan en zijn gevlucht, dat denken we.”

Spullen

Midden in de kamer staat een kistje met conservenblikken, in de hoek staan flessen en een kacheltje met de kolen ernaast. “En toen we de deur openmaakten, deden we nog een ontdekking. Het ziet er heel dramatisch uit, want er klemt een laars tussen die zwaar bepantserde deur. En we hebben een beetje angst dat daar nog wel eens een voet in zou kunnen zitten.”

Of er daadwerkelijk een voet in de laars zit en wat er in de conservenblikjes zit, wordt verder onderzocht.

Eerder werd de eerste bunker uitgegraven. Dat bleek een hospitaalbunker te zijn, waar gewonde soldaten werden geholpen. En ook deze bunker heeft officieel de functie om gewonde soldaten op te vangen. “Dat zien we aan het type bunker. Het ontwerp is voor munitieopslag, alleen deze heeft een aantal aanpassingen. Deze heeft een bredere nis in de gang zodat ze de brancards konden draaien. En ze hebben kacheltjes. Die gewonden moesten het natuurlijk lekker warm hebben.”

Verder onderzoek

De beide bunkers zijn nu helemaal uitgegraven. Nu wordt er verder onderzoek gedaan naar de bunkers en wat er is gevonden. Daarna beslist de gemeente wat er met de bunkers gebeurt.

Dit is een artikel van Omroep Zeeland.