Vlissingse partij SLF vraagt college naar voortgang overname vuurtoren op Keizersbolwerk

“Het is stil rondom de vuurtoren op het Keizersbolwerk. De gaten in het staal worden groter en het blijft stil”, stelt raadslid Kris van Wezel van de fractie SLF in de Vlissingse gemeenteraad. Hij wil graag weten welke knelpunten er nu nog zijn, voordat met het herstel en onderhoud kan worden gestart.

De gemeente Vlissingen is al geruime tijd in gesprek met eigenaar Rijkswaterstaat en Waterschap Scheldestromen over overname van het karakteristieke vuurtorentje. Eigenlijk wilde Rijkswaterstaat van het bouwwerk af en het vervangen door een paal met een oeverlicht. Daar wil het college niks van weten, omdat het vuurtorentje beeldbepalend is voor het Keizersbolwerk. Half augustus kwam het college van B en W met de mededeling dat er schot zat in de gesprekken.

Knelpunten

Volgens Van Wezel had het college eerder gezegd dat er juridische knelpunten zijn die opgelost moeten worden om de overdrachtsovereenkomst te kunnen vaststellen en door alle partijen te kunnen laten ondertekenen. Na een half jaar blijft het nog steeds oorverdovend stil, concludeert Van Wezel in zijn vragen aan het college. “In de volksmond gaat het verhaal dat de toren verder moet wegroesten, zodat herstel niet meer mogelijk is en dat de toren gesloopt kan worden, of dat de vuurtoren vanzelf omver klapt en onherstelbaar wordt verklaard. Een beeldbepalend element minder in Vlissingen.”

Werkelijke stappen

Daarom wil hij weten of er al sprake is van een planning en zo ja, hoe die er uit ziet? “Deze zaak staat inmiddels al 6 à 7 jaar op de rol en er gebeurt tot op heden niets zichtbaars. Wat zijn de juridische knelpunten, waardoor de overeenkomst nog niet klaar is voor ondertekening? Bent u het met ons eens dat de vuurtoren niet verder weg mag roesten en dat werkelijke stappen per direct moeten worden gezet? Bent u nu eindelijk bereid deze kwestie voortvarend ter hand te nemen en de raad hiervan op de hoogte te houden? En kunt u aangeven waar het aan ligt dat een en ander zo lang moet duren?”

Het college van B en W zal binnen 20 dagen antwoorden op de vragen.

Foto: Peter Urbanus