CDA: ‘Gemeente Vlissingen wist dat je voor dit bedrag geen bevrijdingsfestival kon organiseren’
Marin de Zwarte (CDA) heeft vragen gesteld aan het Vlissingse college van B en W over de gang van zaken rond het Bevrijdingsfestival van 2023 en het einde van organisator De Cultuurwerf. Volgens hem moet het college hebben geweten dat het bevrijdingsfestival niet met de beschikbare middelen georganiseerd kon worden. Ook het aansprakelijk stellen van het uit vrijwilligers bestaande bestuur van de Cultuurwerf keurt hij sterk af.
Donderdag 17 oktober 2024 meldde het college in de gemeenteraadsvergadering dat de curator van De Cultuurwerf in beroep gaat tegen de beslissing op bezwaar. Het CDA heeft daar vragen over gesteld. “Indien het college de raad niet geïnformeerd heeft over de beslissing op het bezwaar, wat is daarvan dan de reden en kan het besluit van het college op het bezwaar (eventueel nog een keer) integraal gedeeld worden met de raad?”, wil De Zwarte weten.
Tegenvallende bezoekersaantallen
De Cultuurwerf kwam een jaar geleden in financiële problemen. Gevolg was dat onder meer artiesten van door De Cultuurwerf georganiseerde festivals (ook Onderstroom) nog niet betaald waren. Als reden werden de teleurstellende bezoekersaantallen van het Bevrijdingsfestival Zeeland genoemd en de almaar stijgende beveiligingskosten. Van de veertien Bevrijdingsfestivals raakten er in 2023 tien in de problemen door tegenvallende bezoekersaantallen door het slechte weer, stelde voorzitter Maarten Janssens van De Cultuurwerf vorig jaar in de Bode. Op Vlissingen na ontvingen die allemaal extra steun. Eind oktober sloot De Cultuurwerf de boeken.
Vrijwillig bestuur
In de nasleep daarvan gingen verwijten over leugens en al dan niet toegezegde extra financiële steun over en weer tussen gemeente en bestuur van de Cultuurwerf. Het uit vrijwilligers bestaande bestuur van De Cultuurwerf werd daarop door de curator aansprakelijk gesteld voor de geleden verliezen. Het gaat om tonnen. Die zaak loopt nog steeds.
De Zwarte vindt het een slechte zaak dat een overheid een bestuur als dat van De Cultuurwerf in de kou laat staan. “Zoiets mag je een club vrijwilligers toch niet aan doen? Je kunt ook niet zeggen dat De Cultuurwerf heeft gefaald”, vindt hij. “Van falen zou sprake zijn als ze het festival niet hadden georganiseerd met het geld dat tot hun beschikking was gesteld door de gemeente. Wat wordt de Vlissingse bevolking er wijzer van dat de gemeente procedeert tegen een bestuur van vrijwilligers?”
Consequenties
Wat zijn de consequenties voor het vrijwilligersbestuur van de Cultuurwerf wanneer het beroep eventueel wordt afgewezen, vraagt De Zwarte. “Indien het antwoord op de vorige vraag is dat die (mogelijke) consequenties niet bekend zijn bij het college, hoe verklaart u dan het negeren van deze consequenties nu het hier gaat om vrijwillige, onbezoldigde bestuurders die volledig en vaak al jarenlang uitsluitend voor het belang van de gemeente Vlissingen werkten?”
Los daarvan vindt De Zwarte niet dat de gemeente als sponsor van advocatenkantoren moet gaan dienen. Dat geldt ook voor de aangestelde curator, die ook niet bepaald voor niets werkt. Met de nu uitgegeven bedragen aan procedures en de curator zouden wellicht beter de ontstane verliezen kunnen worden gedekt, denkt hij.
Wilde de gemeente een festival?
Daarnaast stelt hij vragen bij de communicatie en de houding van de gemeente. Er was voortdurend overleg tussen gemeente en De Cultuurwerf. “Wilde de gemeente dat dat festival zou worden georganiseerd? Het lijkt mij ook sterk dat de gemeente geen signalen heeft gekregen dat de organisatie van het Bevrijdingsfestival met de beschikbare middelen niet uit zou komen. De grootste fout die het bestuur van de Cultuurwerf gemaakt lijkt te hebben, is het vertrouwen dat de gemeente de festivals ook in 2023 georganiseerd wilde hebben, gebaseerd op gesprekken en inspanningen met en door de gemeente. Kunt u aangeven waarom u het hier niet mee eens bent?”
Kosten
De Vlissingse kermis had in 2023 ook te maken met hogere kosten en lagere opbrengsten, voert De Zwarte aan. Waarom kwam daarvoor wel extra geld beschikbaar? “De raad heeft toen, op verzoek van college, extra middelen beschikbaar gesteld. In hoeverre zijn de oorzaken van het tekort bij de kermis vergelijkbaar met de oorzaken van het tekort bij de Cultuurwerf? Wij verzoeken u dat per oorzaak duidelijk te maken.”
De Zwarte vraagt welke kosten het college denkt te moeten maken en hoeveel kosten het bereid is om nog te maken, nu er beroep is ingesteld.
“Het feit dat er beroep is ingesteld tegen uw besluit kan geen aanleiding zijn om deze vragen niet te beantwoorden”, zegt hij. “Welke kosten heeft de gemeente intussen al gemaakt in deze kwestie? En wat is het totaal van deze kosten? Het CDA denkt daarbij onder andere, maar niet uitsluitend, aan
interne uren, inhuur externe(n) en advocaatkosten.”
Foto: Gemeente Vlissingen