Als Vlissinger met lager inkomen sta je er bij juridische problemen al snel alleen voor

Vlissingers die juridische bijstand zoeken van een sociaal advocaat bij bijvoorbeeld arbeids- of huurconflicten staan vaak met lege handen. De vergoeding van dit werk maakt dit arbeidsintensieve werk het voor gespecialiseerde advocaten nauwelijks nog aantrekkelijk. De gemeente Vlissingen heeft de sociaal raadslieden al jaren geleden wegbezuinigd.

Schijvenaars & Aerts Advocaten in Vlissingen houdt iedere maandagmiddag en woensdagochtend gratis inloopspreekuur. Je krijgt er advies over de juridische mogelijkheden en de daaraan verbonden kosten. Dat kan leiden tot een vervolgafspraak, maar het gebeurt ook wel dat iemand met het advies zelf aan de slag kan gaan. “Soms is het mogelijk om met wat raad van ons iets zelf op te lossen”, zegt Martien Schijvenaars. Het kantoor telt drie advocaten: Martien Schijvenaars, Roeland Aerts en Sophie Scholten.

Vergrijzing en bezuinigingen

Een derde van de Nederlanders is bij juridische conflicten afhankelijk van een sociaal advocaat, grotendeels vergoed via overheidssubsidie. Je hoeft er niet straatarm voor te zijn. Als bovengrens geldt een gezinsinkomen van 46.900 euro. Je moet daarnaast een flinke eigen bijdrage per zaak betalen. Voor iemand met een inkomen op bijstandsniveau is dat al 241 euro en naarmate je meer verdient loopt het op tot bijna 1000 euro.

Het recht op rechtsbijstand is verankerd in de grondwet, maar de overheid bezuinigt daar steeds meer op. Waar je woont maakt ook veel uit als je een sociaal advocaat zoekt, bleek onlangs uit onderzoek door Investico en weekblad de Groene Amsterdammer.

Vergrijzing

In de Randstad vind je makkelijker sociale raadslieden dan daar buiten. Daarnaast vergrijst de sociale advocatuur in hoog tempo. Jonge advocaten kiezen liever voor een praktijk waar ze wel goed kunnen verdienen. Schijvenaars en Aerts van het Vlissingse kantoor zijn beiden 60 plus. Alleen Scholten is nog jong.

Daar komt nog bij dat een sociaal advocaat een minimum aantal zaken per jaar moet doen, wil de overheid de rechtshulp vergoeden. Dat komt in het gedrang als je te vaker verzoeken om rechtshulp moet afwijzen, omdat die anders te veel tijd zouden kosten en te weinig opbrengen.

Vlissingen

Vlissingen heeft enkele jaren geleden de subsidie voor Het Bureau Sociaal Raadslieden wegbezuinigd, vanwege de penibele financiële situatie van de gemeente. De medewerkers van zo’n bureau hebben overigens meestal geen universitaire rechtenstudie gedaan. Dat terwijl hier juist de grootste doelgroep woont. Dan ben je aangewezen op sociale advocaten, als die je zaak tenminste kunnen of willen oppakken. “Wij krijgen vooral te maken met arbeidsconflicten, huurconflicten en scheidingen”, zegt Schijvenaars.

Daar gaat veel tijd in zitten, waardoor zulke zaken voor een sociaal advocaat nauwelijks of niet rendabel zijn. Beëindiging van relaties waarbij het gaat om samengestelde gezinnen is volgens Schijvenaars zo complex dat sociaal advocaten er vaak niet eens aan beginnen. “Mijn collega Aerts is ook gestopt met huurzaken en ik weet van een collega die dat ook heeft gedaan.”

Sociaal raadslieden

In Middelburg zijn er nog wel sociaal raadslieden, die zijn te vinden bij Vizita. Maar bijna de helft van de Nederlandse gemeenten kent inmiddels geen sociaal raadslieden meer. Mensen worden doorverwezen naar kantoren in andere delen van het land, die ook weer ‘nee’ moeten verkopen, blijkt uit genoemd onderzoek door Investico en de Groene Amsterdammer. Daardoor geven mensen die juridische hulp nodig hebben het maar op en worden hun problemen meestal nog erger.

Ook Vlissingen wordt genoemd in het artikel. Het geld dat de gemeente krijgt van het Rijk voor rechtsbescherming van burgers komt in de algemene middelen terecht. Vlissingen heeft er voor gekozen om juridische ondersteuning van burgers met een lager inkomen onder te brengen bij Buurtteams.

Buurtteams

Schijvenaars: “Maar bij Buurtteams kun je niet zomaar even binnenlopen. Je moet een afspraak maken en het kan zo tien dagen duren voor er iemand beschikbaar is. Soms heb je een termijn van vier weken om ergens bezwaar tegen te maken. De kans bestaat dan dat je al te laat bent.” Hij heeft ook niet het idee dat daar mensen met dezelfde gedegen juridische kennis als een sociaal advocaat werken.

Grootste boosdoener is echter de rijksoverheid, die te kort schiet bij het vergoeden van juridische hulp. Terwijl ook de overheid inmiddels constateert dat de regels te complex zijn geworden voor veel burgers, verdwijnt juist de juridische ondersteuning om diezelfde burger te helpen. Zeker gezien de uitwassen van bijvoorbeeld de Toeslagenaffaire kan dat gerust schrijnend worden genoemd.

Martien Schijvenaars. (foto: Peter Urbanus)